Utrecht krijgt twee ton voor immigratiemoeders
UTRECHT - De gemeente Utrecht krijgt twee ton van het Rijk om vrouwen met een migratie-achtergrond beter te laten integreren. Het geld is bedoeld voor moeders die hun echtgenoot achterna zijn gereisd naar Nederland.
Het blijkt dat zulke 'nareizigers' vaak moeilijk aarden in Nederland. In tegenstelling tot hun man en kinderen, die werken en naar school gaan. "De moeder blijft dan achter, vergunt zichzelf niets of wordt daarin gehinderd", schrijft het college in een brief aan de gemeenteraad.
Met het geld wil de gemeente jaarlijks zo'n veertig vrouwen helpen. Het project kan "een laatste middel zijn om hen alsnog bij de samenleving te betrekken".
Voorlopig is het nog een pilot. Het bedrag van twee ton gaat de komende twee jaar worden gebruikt. De gemeente werkt voor het project samen met organisaties zoals Vluchtelingenwerk Midden-Nederland en Taal Doet Meer.
TAAL DOET MEER
Lineke Maat is directeur van Taal Doet Meer, een vrijwilligersorganisatie die Utrechters verbindt met van oorsprong anderstalige inwoners van de stad. "We gaan met alle organisaties heel intensief samenwerken om te kijken wat deze doelgroep precies nodig heeft."
Volgens Maat is aandacht voor 'nareizigers' hard nodig. "Omdat we zien dat heel veel van die vrouwen met hun inburgering niet zo goed gaat." De vrouwen worden benaderd via de basisscholen waar ze hun kind naartoe brengen. "Niet alleen omdat het goed is voor die vrouwen zelf, maar ook omdat het goed is voor de kinderen."
NIEUWE INBURGERINGSWET
Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid maakt twee ton vrij zodat de stad Utrecht zich kan voorbereiden op nieuwe inburgeringswetgeving. Vanaf 2021 worden veel inburgeringstaken overgedragen aan gemeenten. Eerder klaagden de vier grote steden bij minister Wouter Koolmees dat ze te weinig geld kregen voor de nieuwe wet.